Analyse gedichten
1. Donker door
Cédric Janssens
Donker
Alleen zijn
Verzonken in
gedachten
Ver van hier, weg
Koud
Ik heb het
gedicht ( elfje) zelf gemaakt. Ik schreef dit in het zesde leerjaar dus ik
weet dat dit geen hoogstaande poëzie is maar ik heb er toen wel een
gedichtenwedstrijd mee gewonnen. Ik denk dat dit vrij duidelijk is waarom ik
deze foto er bij heb gekozen. het gedicht gaat over de gevoelens van iemand die
gepest wordt. Het alleen zitten en uitgesloten worden. Deze foto sloot hier
mooi bij aan. Het donkere beeld verwijst eerder naar het feit dat als je daar
alleen zit je vaak met je ogen dicht zit met je hoofd tussen je benen helemaal
alleen. Je ziet dan donkere beelden en
denkt overal over na. Je lijkt eventjes naar aan andere wereld te gaan waar er
wel nog hoop is en dit kan je zeer goed zien op de foto. Het meisje bevindt
zich op een donkere plek ver weg van de bewoonde wereld maar toch schijnt er
een hoeveelheid licht naar haar dat recht op haar valt zodat het lijkt dat het
van de hemel komt. Je voelt je dan een beetje speciaal. Het gaat erom dat je
ver weg bent in gedachten en dan krijg je soms koude rillingen over je lichaam
heen. Dit is natuurlijk niet te zien op de foto maar is wel een aspect van het
gedicht. Het gedicht bestaat maar uit 11
woorden dus meer info kan ik hier niet echt over geven. Het is een gedicht dat
rond innerlijke emoties en gedachten draait en daarom deze foto.
2. ’s Avonds van
Guido Gezelle
't Wordt al sterre dat men ziet
in dat hoog en blauw verschiet daar,
blijde sterren, anders niet,
in dat hoog en blauw verschiet.
in dat hoog en blauw verschiet daar,
blijde sterren, anders niet,
in dat hoog en blauw verschiet.
't Wordt hier altijd al verdriet,
van dat oud en zwart verdriet daar,
't wordt hier altijd anders niet
als dat oud en zwart verdriet.
van dat oud en zwart verdriet daar,
't wordt hier altijd anders niet
als dat oud en zwart verdriet.
Laat mij, laat mij, in 't verdriet,
vliegen naar dat hoog verschiet daar,
waar men al die sterren ziet,
al die sterren... anders niet.
vliegen naar dat hoog verschiet daar,
waar men al die sterren ziet,
al die sterren... anders niet.
Dit heeft alles waar ik naar zoek in een gedicht.
Daarom ook deze foto onder de naam: De
poëzie van de nacht door Vincent van Gogh. Ik vond dat dit gedicht veel
meer betekende en zei dan eender welke foto dan ook zou kunnen tonen. In een
schilderij, en zeker in deze, zit al een stukje poëzie wat je in foto’s niet
hebt. Dit schilderij is gewoon gemaakt voor dit gedicht zo lijkt het. Het gaat
hem vooral om de sterren en het weggaan uit de wereld die slecht is geworden.
De sterren op het werk worden fel benadrukt en je kan er zeker niet naast
kijken. Ze stralen een soort van hoop en vreugde uit waar de personage ook naar
opzoek is in het gedicht. De mensen in het werk staan daar maar te kijken naar
de sterren weg van de bewoonde wereld, ze zijn weggevlucht uit de maatschappij.
Ze kijken naar die oneindigheid van het heelal op zoek naar de sterren. Het
werk past perfect bij dit gedicht, het zegt het allemaal. Een echte favoriet heb ik niet maar deze is
er zeker een van net zoals de volgende.
3.
( toen de
tijden bladstil waren) van Herman Gorter
Toen de tijden bladstil waren,
lang geleen,
is ze geboren, in herfststilte
een bloem,
die staat bleeklicht in 't vale
lichtgeween, -
regenen doen de wolken om haar
om.
Ze stond bleeklicht midden in
somberheid,
de lichte oogen, 't blond haar
daarom gespreid,
de witte handen, tranen op
meen'gen tijd,
een licht arm meisje dat
lichthonger lijdt.
Breng over haar bloemgloede
kleuren, uw
bloedrood, o nieuw getijde dat is nu.
Alweer een
schilderij. Dit zal nog wel vaker gebeuren omdat ik vind dat schilderen en poëzie
heel dicht bij elkaar liggen. Het is een blond meisje zoals wordt genoemd in
het gedicht. Qua uiterlijke kenmerken en beschrijvingen van het gedicht past
het ook heel goed maar hier draait het natuurlijk niet alleen om. Het gezicht
van meisje is erg fel belicht waardoor ze heel bleek uitkomt wat in groot
contrast staat met de donkere zwarte achtergrond die de rol speelt van de
somberheid in het gedicht. Het meisje is licht, ze valt op zoals in het
gedicht. Ook het licht dat op het meisje terechtkomt van waar komt dit?? Dit is
ook niet vertelt in het gedicht, het is een mysterie. Het gedicht straalt ook
iets mysterieus uit. Het meisje ziet er ook niet bepaalt gelukkig uit ( maar
ongelukkig ziet ze er ook niet uit). In het gedicht gaat het om een meisje dat
honger lijdt maar dit is niet de hoofdzaak vind ik, het gaat meer over het
contrast van het meisje met de donkere context
( somberheid) .
4.
Avond van
Willem Kloos
Nauw zichtbaar wiegen op een lichten zucht
De witte bloesems in de scheemring - ziet,
Hoe langs mijn venster nog, met ras gerucht,
Een enkele al te late vogel vliedt.
De witte bloesems in de scheemring - ziet,
Hoe langs mijn venster nog, met ras gerucht,
Een enkele al te late vogel vliedt.
En ver, daar ginds, die zachtgekleurde lucht
Als perlemoer, waar ied're tint vervliet
In teerheid... Rust - o, wondervreemd genucht!
Want alles is bij dag zo innig niet.
Als perlemoer, waar ied're tint vervliet
In teerheid... Rust - o, wondervreemd genucht!
Want alles is bij dag zo innig niet.
Alle geluid dat nog van verre sprak,
Verstierf - de wind, de wolken, alles gaat
Al zachter en zachter - alles wordt zo stil...
Verstierf - de wind, de wolken, alles gaat
Al zachter en zachter - alles wordt zo stil...
En ik weet niet, hoe thans dit hart, zo zwak,
Dat al zo moe is, altijd luider slaat,
Altijd maar luider, en niet rusten wil.
Dat al zo moe is, altijd luider slaat,
Altijd maar luider, en niet rusten wil.
Als
ik aan ‘avond’ denk dan haal ik direct het beeld van een mooie zonsondergang
boven en daarom heb ik deze foto gekozen. als ik dan de woorden: schemering,
daarginds, zachtgekleurde lucht, iedere tint en wolken. Hoor gaat het in mijn
ogen om zo een zonsondergang. En dan ook het geluid dat stilletjes aan afneemt
en alles stil wordt samen met het feit dat alles zachter wordt, de wolken zijn
precies kussens. Alles wordt inderdaad ineens zo stil … het hart dat al zo moe
is maar toch hard blijft kloppen verwijst naar het adembenemende gevoel dat de
persoon krijgt terwijl hij beseft hoe mooi het uitzicht wel niet is in de avond
waar alles zo kleurig en zacht is in de lucht en alles zo stil is. Dit beeld
krijg ik dan als ik het gedicht in me opneem. Er gaan ook veel dingen in je om
als je naar zo n uitzicht kijkt en dit laat het gedicht ook blijken.
5.
Deel van Mei van Herman Gorter
Een nieuwe lente en een nieuw geluid:
Ik wil dat dit lied klinkt als het gefluit,
Dat ik vaak hoorde voor een zomernacht,
In een oud stadje, langs de watergracht --
In huis was 't donker, maar de stille straat
Vergaarde schemer, aan de lucht blonk laat
Nog licht, er viel een gouden blanke schijn
Over de gevels van mijn raamkozijn.
Dan blies een jongen als een orgelpijp,
De klanken schudden in de lucht zoo rijp
Als jonge kersen, wen een lentewind
In 't boschje opgaat en zijn reis begint.
Dit is ongeveer het beeld dat dit gedicht bij mij oproept. De foto kon
iets beter maar ik vond de gepaste foto niet. In het gedicht wordt eigenlijk de
late schemering tijdens de avond in de lente voorgesteld. De straat die nog net
de schemering opving maar terwijl het binnen al donker was. Enkel zijn
raamkozijn ving nog een klein beetje van de gouden schemering op. Het speelt
zich af in een gezellig oud dorpje dat
door deze schemering ook zijn charmes krijgt. Deze foto sluit hier wel mooi bij
aan want je ziet een klein dorpje dat nog net geraakt word door die gouden
schemering. Ik krijg ook een beeld van een jongen die op een venster bank zit
in de laatste zon met zijn fluit of orgelpijp maar hier heb ik geen goede foto
van gevonden.
6.
De stille weg van Herman Gorter
De stille weg
de maannachtlichte weg -
de bomen
de zo stil oudgeworden bomen -
het water
het zachtbespannen tevreeë water.
En daar achter in 't ver de neergezonken hemel
de maannachtlichte weg -
de bomen
de zo stil oudgeworden bomen -
het water
het zachtbespannen tevreeë water.
En daar achter in 't ver de neergezonken hemel
met 't
sterrengefemel.
Ik heb hier weer
een gedicht gekozen over een landschap en een uitzicht. Ik ben altijd wel
gefascineerd op welke manier dichters landschappen kunnen omschrijven en om
toveren in een magisch iets. Dit is net hetzelfde bij dit gedicht. En voor een
magisch gedicht hoort ook een magisch schilderij. De maan die een streep van
licht achterlaat op het plat gestreken water stelt de maanlichte weg voor in
mijn ogen en deze weg zou je leiden naar de hemel daar waar deze is
neergezonken. Het ziet er heel vredig en rustgevend uit wat je ook voelt bij
het gedicht. Ook de wolken die zich rond de maan vormen geven het beeld dat de
maan en zijn maanlicht heilig is of zo en dat al het andere opzij moet. Maar
vooral de ‘maanlichte weg’ blijft mij bij. Daarom koos ik ook deze foto, dit
zie je hier heel goed op. Het stille platte water hoort ook bij deze maanlichte
weg. En de hemel die lijkt neer te
zinken in de verte daar waar het licht blauw is gekleurd.
7. ’s Morgens op het witte laken van Herman
Gorter
'S MORGENS OP HET WITTE LAKEN
's Morgens op het witte laken
doet er een gelaat ontwaken -
dat ligt daar als een waterlelie
op een golf water, op de peluw.
's Middags loopt ze in het bosch te schijnen,
haar oogen tusschen bladen als twee kleine
vuurjuweelen, kijkend in een laan -
bladen ruischen weer dicht, ze is gegaan.
's Avonds lacht ze in een stille
kamer, zonder 't zelf te willen
wordt ze weer droomerig en lacht
minder en minder - zegt goênacht.
doet er een gelaat ontwaken -
dat ligt daar als een waterlelie
op een golf water, op de peluw.
's Middags loopt ze in het bosch te schijnen,
haar oogen tusschen bladen als twee kleine
vuurjuweelen, kijkend in een laan -
bladen ruischen weer dicht, ze is gegaan.
's Avonds lacht ze in een stille
kamer, zonder 't zelf te willen
wordt ze weer droomerig en lacht
minder en minder - zegt goênacht.
De gedichten van Herman roepen
altijd een heel magisch beeld op. Net zoals bij dit gedicht krijg je het beeld
van een magisch meisje op een wit laken in de ochtend maar het zijn niet de
visuele kenmerken van dit gedicht die me bij deze keuze gebracht hebben maar
vooral de aard van het meisje dat je kan afleiden uit dit gedicht. Je krijgt
het beeld van een meisje dat puur is en perfect. Je beeld je in hoe ze lacht en
loopt en hoe haar ogen op vuurjuwelen lijken. Ze heeft niet de tekortkomingen van de mens zoals,
schijnheiligheid of arrogantie. Ze is te mooi om waar te zijn. Het is een
meisje dat verlegen is maar toch niet té, ze voelt zich goed maar toch niet té,
ze heeft dus de perfecte balans en dit komt ook terug in het schilderij. Ze
kijkt naar beneden wat kan wijzen op een beetje verlegenheid en ze toont zich
ook gemakkelijk maar toch bedekt ze zich een beetje. De balans bevindt zich dus
ook zeker in het werk …
8. Toen zag ik je van Herman Gorter
Toen zag ik je -
Er was toen veel licht,
de kamer was een bloem die, dicht,
in eens open uit gaat schijnen,
het licht vloog rond in lijnen.
Ik was heel stil en ik dacht niet veel,
ge hebt gekeken en heel
mijn hoofd is wijd opengewaaid,
zooals 's zomers opengelaaid
boven op een wijd, wijd land,
in een wijd wereldsch open land -
zoo was ik eens in die kamer
in die roode gouddoorlijnde kamer
waar het gasgoudlicht doorvloog op vleugels
vleugslaande wegslaande roeivleugels
in de teere lucht,
in de bevende lucht,
in de lucht die vlucht als je doorgaat -
hoor hoor hoor o ik hoor het,
je teer droog keelstemmetje spreken,
omhoog en wat lager spreken
vlak voor me, ik rook je teer vleesch,
je uitschijnend stillevend vleesch,
ik stikte in je oogenkijken
in dat tintelend bloote kijken
uit dat stil hoofdbewegen,
in dat trillen en dat bewegen
van je handen en je hoofd en je voet
zooals het aan me nu nog doet.
O kon ik maar vinden
het uitvlietend gezwinde
woordenriviersterrelsel
waarin ik het alles vertel
voordat ik weg
ga sterven
(sorry voor de rare lijnen, ik vond
geen andere foto)
Het is een vrij lang gedicht maar
ik vond het zeker de moeite waard. Hier beschrijft Herman zijn reactie en
gevoelens die vrijkomen wanneer er een heel mooi meisje ( mischien zijn grote
liefde) de kamer ziet binnenkomen. De foto die ik heb gekozen zal misschien een
beetje vreemd lijken maar dit is niet zo. In het gedicht gaat het vaak over
licht en word de vrouw geassocieerd met licht. Als ze de kamer binnenkomt
schijnen de lichtstralen van haar recht op hem. De wolken die je ziet zijn dus
de deur en de zon komt achter de wolken vandaan dus de vrouw komt de kamer
binnen. De zon schijnt ook maar naar één plek, bijna een spotlight. Dit komt
ook zo aanbod in het gedicht, wanneer ze naar hem kijkt gaat er ineens een
andere wereld open en begint hij te fantaseren, hij voelt zich belangenrijk
want ze keek naar hém. Vandaar de associatie met de zon en de wolken. Er zijn
natuurlijk nog andere belangenrijke elementen in het gedicht maar het licht was
het eerste wat er me bij voorstelde.
9. Hotel Eden van Herman de Coninck
En 's nachts gingen we naakt zwemmen, we zwommen
onze namen op het water, ik zwom An in twee
grote letters, jij zwom uitgebreid aan de naam
Herman, en met de gouden maan eroverheen
leek het wel of we onze namen definitief
genoteerd hadden op een van de gewijde bladzijden
van het Boek.
onze namen op het water, ik zwom An in twee
grote letters, jij zwom uitgebreid aan de naam
Herman, en met de gouden maan eroverheen
leek het wel of we onze namen definitief
genoteerd hadden op een van de gewijde bladzijden
van het Boek.
Nadien kuste ik de waterdruppels
van je gezicht, voorzichtig één voor één
zoals een pointillist toetsjes aanbrengt
op zijn doek 'naakte vrouw bij maanlicht',
en in geen enkele vergelijking pasten je
borsten zo mooi als in mijn handen.
van je gezicht, voorzichtig één voor één
zoals een pointillist toetsjes aanbrengt
op zijn doek 'naakte vrouw bij maanlicht',
en in geen enkele vergelijking pasten je
borsten zo mooi als in mijn handen.
En in bed, ik kwam al van ver aan-
gerend declamerend 'Hier Ruk Ik Aan
Met Een Erectie Als Een Pompiersladder
Om Jouw Brand Te Blussen' en we lachten
en wat maakten we een leven
gerend declamerend 'Hier Ruk Ik Aan
Met Een Erectie Als Een Pompiersladder
Om Jouw Brand Te Blussen' en we lachten
en wat maakten we een leven
dat we negen
maanden later
Tomas zouden noemen.
Tomas zouden noemen.
Deze foto is vrij basic maar de
rede waarom ik deze heb gekozen is simpel. In het gedicht zie je dat ze samen
gelukkig zijn maar eens ze alleen zijn waarschijnlijk niet meer dus ze hebben
elkaar nodig om gelukkig te zijn. De handen op de foto kan je vergelijken met
Herman aan de ene kant en An aan de andere kant. Om het hartje te vormen heb je
ook beide handen samen nodig want anders kan je geen hartje maken wat wijst op
gelukkig zijn. De handen hebben elkaar dus ook nodig net zolas Herman en An in
het gedicht. Je ken het ook anders bekijken op een seksuele manier. De twee
handen komen samen dus ze maken eigenlijk liefde, letterlijk en figuurlijk.
Hieruit ontstaat dan Thomas en dit is het hartje dat gevormd wordt door de 2
handen. De verschillende erotische
kleuren op de achtergrond benadrukken ook nog eens het magische aan hun relatie
wat ook sterk aan bod komt in het gedicht.
10. Sprookje van Herman de Coninck
Er was eens een
man
die altijd rechtvaardig was.
die altijd rechtvaardig was.
Het gedicht zelf vind ik
persoonlijk niet echt een gedicht maar toch heb ik het gekozen omdat het zeker
waarheid heeft en ik voel er een zekere ironie in. De titel Sprookje zegt eigenlijk al dat het niet
echt is en dan een man die altijd rechtvaardig is. Het bestaat niet in zijn
ogen en ik denk dat hij vooral die ‘altijd’ wilt benadrukken. De foto is daarom
ook vrij duidelijk. In een sprookje is de prins namelijk wel altijd rechtvaardig
of toch in de sprookjes dat ik ken.
Daarom is de titel ook sprookje, omdat
hij weet dat dit alleen in sprookjes kan. het gedicht is ook in een zekere
toestand geschreven , ik denk dat hij een beetje teleurgesteld is in iets of
iemand of misschien zelfs in zichzelf en vandaar de ironie ook. In sprookjes
zijn prinsen altijd letterlijk perfect en dit zie je ook op de foto, de prins
is perfect. Herman wil dus zeggen dat dit niet bestaat.
Hallo ik zou het meer waarderen wanneer je de bron van de afbeelding wilt vermelden. De afbeelding van de maan boven de zee, noem je een foto. het gaat echter om een schilderij van mijn hand.
BeantwoordenVerwijderenhttps://www.camphuijsen-art.nl/kunstwerk/12451499_Maanlicht.html